De magie van het kampeervuurtje

“Hoe gaan we dat allemaal in onze rugzakken krijgen?!” Behalve dit ene kritieke punt is koken op kampeervuurtjes en maaltijden voorbereiden voor op talloze meerdaagse trektochten één groot plezier. Met dit artikel wil ik je overtuigen: de kunst van het kampeervuurkoken is een ervaring die op groepsreis niet alleen de maag vult, maar ook het hart verwarmt.

Tekst: Lien Castelein // Foto’s: Lien Castelein, Annelies Huibers, Willem van den Eynde

Een maaltijd delen rond kampeervuurtjes, onder de sterrenhemel … Het is een gewoonte op reis die de groep samenbrengt. Wie snijdt de groenten? Wie kookt het water? En nadien, wie doet de afwas? De avonturen van de dag worden uitgewisseld en plannen voor de volgende worden gesmeed. In de uitgestrekte natuur krijgt dit voedsel een nieuwe betekenis. Eentje die begint bij de cruciale vraag: “Wat eten we vandaag?

Een antwoord kan je vinden in de betere outdoor winkel bij het assortiment kampeermaaltijden waar je gewoon kokend water aan toevoegt. Maar onder het motto “wat je zelf doet, kan je beter, smaakvoller en goedkoper” ga ik als reisbegeleider steevast zelf aan de slag.

De toolbox van de kampeerkoker

Ik ga op zoek naar ingrediënten die je niet moet bewaren in de frigo, geen vocht bevatten en mee te nemen zijn op trektocht, wat de culinaire vindingrijkheid zeker stimuleert. Wat standaard meegaat is melkpoeder. Je kan er van alles mee in je kampeervuurmaaltijden: warme chocomelk, allerhande sauzen en zelfs (pompoen)pannenkoeken. Daarnaast zweer ik bij kruiden. Kaneel in je havermout, basilicum in je Italiaanse pasta en een snuifje chilipeper in de chili sin carne. De smaakmakers van elke maaltijd! Een laatste aanwezige in mijn toolbox is sowieso Parmezaanse kaas. Deze hoeft niet in de frigo en geeft smaak aan je kaassaus, je pasta of als beleg bij de lunch. Handig.

Op reis zelf bestaat mijn toolbox uit een drietal kampeervuurtjes met ongeveer zes potten en een pan, die tevens dienst doet als deksel. Daar komen nog gasbidons en een vuurstick bij om de kampeerkeuken operationeel te krijgen. Verder heb ik een mini-spatel, -sauslepel, -klopper en een paar snijplankjes bij. Voeg daar nog een paar scherpe messen en een houten scheplepel aan toe en het kookfestijn kan beginnen!

Rugzak-ready-recepten

Maar hoe stel je nu zo’n menu samen? Planning, planning en – zei ik het al? – planning. Per dag noteer ik nauwkeurig wat ik nodig heb voor het ontbijt, lunch, snacks en avondeten. Ik bereken hoeveel ik van elk ingrediënt nodig heb en begin daarna alles van zijn verpakking te ontdoen en in pakketjes te verpakken met de juiste hoeveelheden. Je wil geen opties afwegen onderweg. Elke dag krijgt daarna een sticker met een kleur en een code: ontbijt 7, lunch 3, diner 5. Zo kan iedereen ten gepaste tijde het juiste pakket uit zijn rugzak toveren.

Recepten die verbinden

Verder heb ik ook altijd twee leuke extra’s in elk van mijn voedselpakketten. Een eerste is iets dat een medereiziger kan opbeuren bij een moeilijk moment. Zo kan een zakje paprikanootjes al eens iemands dag maken, maar ook chocolade doet al veel goeds. Tip: vraag dit even na voor je vertrekt. Mijn persoonlijke favoriet? Kikkersnoepjes op de top van de berg!

Mijn tweede surprise is dat er minstens één van de avondmenu’s te maken heeft met het land waarin we momenteel zijn. Zo maakte ik in IJsland een “vulkaanmenu”: een berg mousseline puree, geroosterde sojaboontjes als lavastenen en IKEA-balletjessaus met ge(vries)droogde ajuintjes & rode paprika’s als lava. Een topper van formaat, al zeg ik het zelf! In Noorwegen stond gevriesdroogde zalm met dille op het menu en in Namibië dan weer pompoenpannenkoeken met banaan. Onlangs trok ik door het Torres del Paine nationaal park in Chili. Je kan al raden wat daar op het menu stond … Niet alleen de wandeling was pittig!

Gastronomische giechels

Ter afsluiting van dit smakelijke relaas over de gastronomische geneugten van kamperen, is het overduidelijk dat koken op een kampeervuurtje niet zomaar een noodzakelijk kwaad is, maar eerder een culinair spektakel dat zich afspeelt in een prachtig natuurdecor. Het is een kans om de avontuurlijke chef-kok in jezelf los te laten, compleet met een vleugje rook en de occasionele verbrande vingertoppen. Of je nu melkpoeder in een haute cuisine-ervaring transformeert, of een pan balanceert boven een vlam die wispelturiger is dan het weer, elke maaltijd is een avontuur op zich. En laten we eerlijk zijn, er is iets onweerstaanbaar komisch aan een ui proberen snijden op een wiebelig klapstoeltje, terwijl je je best doet om niet te veel van de kostbare ingrediënten aan het lokale mierenleger te doneren.

Dus, de volgende keer dat je bij je kampeervuurtje je hoofd breekt over de vraag “Wat eten we vandaag?”, onthoud dan dat je deelneemt aan een tijdloze traditie van buiten koken. Een mix van MasterChef en Expeditie Robinson, geserveerd met hier en daar een snuifje culinaire blunder. Het gaat er niet om de perfecte maaltijd op tafel te zetten, maar om de lachsalvo’s die volgen als je probeert een gevriesdroogde aardappel te reanimeren of als je kampeervuur besluit een ongeplande siësta te houden.

Onderweg op groepsreis is elke maaltijd een herinnering, die wordt gekruid met een snuifje hilariteit en een scheutje avontuur, klaar om geserveerd te worden met een flinke dosis goede humor.

Smakelijk! Sabroso! Velsmakende!

Dit artikel verscheen in De Karavaan van april 2024. Ook 4x per jaar ons magazine ontvangen? Word lid van Karavaan! 

Ik deel met plezier één van mijn favoriete 3-gangen kampeerdiners! (ingrediënten voor 12 personen)

To tip or not to tip: Een docu over eerlijke prijzen & faire fooien op reis

Samen met 12 andere jonge Joker-reizigers door Guatemala & Honduras trekken, om er de impact van eerlijke prijzen & faire fooien in beeld te brengen? Marlies deed het als Sustainable Storyteller!

Benieuwd naar de documentaire die ze maakte? Bekijk ‘m hier:

“Jullie als eerste wereldreizigers die naar een arm land reizen, hebben een sociaal-economische verantwoordelijkheid”, klinkt het in de eerste 30 seconden van haar documentaire. Sustainable Storyteller Marlies reisde namelijk samen met 12 andere jonge Joker-reizigers door Guatemala en Honduras, om er de impact van eerlijke prijzen & faire fooien in beeld te brengen: “De kans om zo’n machtige reis te maken en ineens mijn skills bij te schaven kon ik niet laten liggen.”

Tekst & interview: Marlies Machielsen, Siska Wera // Foto’s: Marlies Machielsen, Julie Deschamps, Joni Nielandt

Hoe was het om als videoreporter mee te gaan op jongerenreis?

MARLIES: “Als Storyteller had ik verwacht dat de groep me anders zou behandelen dan een volwaardige medereiziger. Uiteindelijk staat niet iedereen te springen om voortdurend gefilmd te worden. Zo wil je in de jungle liever niet bezig zijn met hoe je er uit ziet op camera. Maar toen ik voor de reis mijn opdracht uitlegde, reageerde iedereen heel positief. Sommigen zagen zelfs al een reality soap ontstaan.

Het was voor iedereen soms zoeken om de balans te vinden tussen medereiziger en Storyteller, maar de groep heeft me hard ondersteund. Ik ben heel dankbaar dat ze momentjes van hun vrije tijd wilden opofferen om met mij tijdens de interviews te praten over het thema. En wanneer ik te ziek was om het laatste stukje van vulkaan Acatenango op te klimmen, kwamen meerdere groepsleden enthousiast terug: “Marlies, ik heb het uitzicht voor je gefilmd!” Ik kon me dus echt geen fijnere groep wensen.”

Wat wist je op voorhand over het thema? En wat nu?

MARLIES: “Ik was zelf totaal geen expert in het thema en had thuis wel uitgebreid research gedaan, maar ter plaatse kom je nog steeds verhalen en situaties tegen waar je je niet echt op kan voorbereiden. Kinderarbeid zien bijvoorbeeld, dat had bijzonder veel impact op ons. Het was boeiend, en meer dan eens confronterend, om samen met de groep bij te leren.

Door de documentaire heb ik een dieper begrip gekregen van de complexiteit van toerisme en de impact ervan op lokale gemeenschappen. Eerlijke prijzen en faire fooien kunnen effectief bijdragen aan een duurzamere en rechtvaardigere reisindustrie. Ik heb ook geleerd om met een open geest nieuwe ervaringen te omarmen en me aan te passen aan verschillende culturen en omgevingen. Bovendien heb ik ontdekt hoe krachtig het kan zijn om verhalen te delen en samen te werken aan positieve verandering. Mijn perspectief werd verbreed en mijn empathie versterkt.”

Is je visie op reizen ook veranderd?

MARLIES: “Zeker! Bepaalde momenten en rondleidingen op reis hebben ons diepgaand geraakt en onze bewustwording vergroot. En dat zonder in te boeten op avontuur en ontspanning. Zo was er bijvoorbeeld de tocht op de paarden tussen de koffieplantages van Carlos in Honduras. Ik stelde me daarbij voor dat we in een treintje achter elkaar, met de paarden aan elkaar vastgebonden, een rustige wandeling door de plantages zouden maken. Dat was dus totaal niet het geval!

Carlos stelde ons in het begin wat vragen om te zien welk paard het best met ons karakter zou matchen. Vervolgens hielp hij ons met op de paarden te klimmen. Zonder bescherming en met een bang hartje stonden we daar dan. En dan mochten we redelijk vrij met de paarden door de uitgestrekte landschappen galopperen. Ik had nog nooit alleen een paard bereden en al zeker niet in de western stijl. Het gevoel van vrijheid, de wind die langs ons heen raasde en het giechelen maakten van ons meteen terug onbezonnen pubers.”

Wat hoop je dat mensen onthouden van de documentaire? Wat onthoud je er zelf van?

MARLIES: “Voor kijkers hoop ik het belang van bewust reizen mee te geven en het effect van hun keuzes op lokale gemeenschappen. Ik hoop dat ze geïnspireerd raken om eerlijke prijzen te betalen en faire fooien achter te laten, en zo bij te dragen aan een positieve verandering in de reisindustrie. Ik heb ontdekt hoe krachtig het kan zijn om verhalen te delen en samen te werken aan positieve verandering.

Zelf onthoud ik vooral de kracht van samenwerking en het delen van verhalen. Het was inspirerend om te zien hoe mensen uit verschillende achtergronden en culturen samenwerkten aan een gemeenschappelijk doel. Ik ben trots op wat we hebben bereikt en de impact die we hebben kunnen maken, zowel op persoonlijk niveau als op de gemeenschappen die we hebben bezocht. Ik ben vastbesloten om deze nieuwe inzichten te blijven koesteren en ze toe te passen in mijn verdere reisavonturen en in mijn dagelijks leven.”

Zou je het opnieuw doen?

MARLIES: “Ja, absoluut!”

Dit artikel verscheen in De Karavaan van april 2024. Ook 4x per jaar ons magazine ontvangen? Word lid van Karavaan!

Al die willen te kaap’ren varen …

Welcome aboard bij CptnZeppos: een uniek reisbureau dat je laat meereizen in leegstaande kajuiten van vrachtschepen die sowieso met hun vracht varen. Oprichter Joris Van Bree vertelt er alles over.

Tekst & interview: Yvonne Gielen // Foto’s: Joris Van Bree, Bram Belder, Joël De Laere

Vanaf welk moment begint die ‘tocht’, je reis? Wanneer en hoe bereiken we onze bestemming? En is de reisweg niet even belangrijk als die bestemming? Deze vragen brengen ons als vanzelf bij Joris Van Bree. In 2019 startte hij een uniek reisbureau op: CptnZeppos. Het werd een grootscheeps project dat perfect aansluit bij een aantal veranderingen in onze maatschappij: slow travel aan boord van cargo schepen. We laten de “kapitein van dit schip” graag zelf aan het woord.

Hoe kwam je op het idee voor CptnZeppos?

JORIS: “Tijdens een fietstocht door onze Antwerpse thuishaven vroeg ik me af hoe het leven aan boord van een vrachtschip zou zijn. Ik bracht een bezoek aan het Red Star Line Museum en zocht me een weg aan boord van een 300 meter lang vrachtschip op de route Antwerpen – New York. Dit werd een overweldigend avontuur dat mijn leven definitief zou veranderen! Midden op de Atlantische Oceaan ontstond het idee om andere mensen hetzelfde te laten beleven. CptnZeppos was geboren.

Voor de naam liet ik me inspireren door de reeks Kapitein Zeppos uit de jaren ’60. Een aantal van onze passagiers denken met weemoed terug aan deze vriendelijke, mysterieuze man met zijn Amphicar 770 uit hun kindertijd, toen alles schijnbaar trager liep. Ook dit aspect van de reeks, de traagheid, trok me aan.

Nog voor de echte start van CptnZeppos schreef ik me in voor De Bertjes, een wedstrijd voor innovatieve ondernemers georganiseerd door Bert Van Wassenhoven, Stad Antwerpen en Cronos Groep. En ongelooflijk maar waar, wij wonnen! Een jaar gratis kantoor schuin tegenover Brasserie Kapitein Zeppos (jawel, daar is hij weer) was een deel van de prijs. En vandaag, vijf jaar later, genieten we nog elke dag van dit eiland, een oase midden in de stad.”

Kapitein Zeppos keek toe en zag dat het goed was. Waarom kiezen reizigers voor deze manier van reizen?

JORIS: “Voor velen is meereizen aan boord van een vrachtschip een kinderdroom die ze waarmaken zodra ze ontdekken dat het effectief kan. Zo ook voor onze eerste passagier, Ward Hulselmans (scenarist van onder andere Witse, Stille Waters, Salamander …). Hij ontdekte ons via een artikel in Gazet van Antwerpen en aarzelde geen moment om zijn kinderdroom waar te maken.

Dezelfde dag startte hij een dagboek, nam contact op en maakte in een periode van zes maanden twee zeereizen: de rondreis Antwerpen – Ierland en de heenreis Antwerpen – Istanboel. Zijn reisverhalen kan je lezen en beluisteren op onze website. Sindsdien is hij onze CptnZeppos ambassadeur, net zoals alle passagiers na hun vrachtschipreis. Letterlijk iedereen komt immers laaiend enthousiast terug. Niet alleen een oude droom bepaalt hun keuze. Er zijn reizigers die al een verleden hebben in de maritieme wereld en opnieuw deze ervaring willen beleven.

Steeds meer CptnZeppos passagiers geven verder ook de duurzame manier van reizen op als reden waarom ze met ons in zee gaan: meereizen in leegstaande kajuiten van vrachtschepen die sowieso varen met hun vracht.

Zeer populair zijn de routes naar het zuiden of noorden waarbij je kan meereizen met je motor, wagen, camper of mobilhome. Je wisselt een vermoeiende en stresserende tocht via autostrades in voor een relaxed verblijf aan boord en komt ter plaatse uitgerust aan om je tweede avontuur te starten.”

Kunnen de reizigers de plotse “zee van tijd” aan?

JORIS: “Aan boord ontdekken mensen een onbekende wereld van kapiteins en hun bemanning die 90% van de wereldeconomie laten draaien. Op de brug kan je vanop de eerste rij het navigeren, laden en lossen van de vracht volgen. Het vrachtschip wordt een inspirerende plek om tijd, stilte, rust, traagheid en schoonheid te ervaren en alles vanuit een ander perspectief te bekijken.

Reizigers connecteren met zichzelf en de natuur, en doen waarvoor ze aan wal geen tijd vinden. Ze kunnen er zelfs eenvoudigweg voor kiezen om gewoon niets te doen, te genieten van de zee en de lucht op de brug of het dek. Wifi bieden we niet aan passagiers aan, dus maak je klaar voor een stevige detox – ideaal voor mensen op een kruispunt in hun leven!

Voor de meeste passagiers blijft het trouwens niet bij één reis. Zij voelen na een tijd de nood om dat weldadig gevoel dat ze aan boord ervaren, opnieuw te beleven.”

Hoe verloopt het leven op het vrachtschip & samenleven met de bemanning?

JORIS: “Op een vrachtschip worden maximaal 12 passagiers toegelaten. Iedereen logeert in zijn eigen kajuit met badkamer. Er wordt driemaal per dag gegeten. De kapitein beslist of dit in gezelschap van de bemanning mogelijk is of niet. Alle schepen beschikken over een fitness, sommige ook over een sauna.

Natuurlijk zijn er heel wat mogelijkheden om kennis te maken met het leven aan boord, met de bemanning en de kapitein. Hierin schuilt voor mij een aspect van duurzaamheid. Dit heeft namelijk niet alleen te maken met het verminderen van uitstoot of met transitie, maar ook met welzijn. Wij merken dat wanneer we de juiste passagiers aan boord brengen, het welzijn bij kapitein en bemanning groeit. De interesse in hun wereld en de appreciatie voor hun job zorgen hiervoor. Deze mensen zijn soms maanden van huis. Wanneer door onze interactie hun welzijn groeit, bevordert dat ook de veiligheid. Is dat niet de belangrijkste prioriteit?

Over veiligheid gesproken; een deviatieverzekering zit mee in de totaalprijs. Deze treedt in werking wanneer de kapitein beslist dat de passagier zo ernstig ziek is dat het schip moet uitwijken naar de dichtstbijzijnde haven of dat er een helikopter aan boord moet komen. We vragen de passagiers ook om een contactpersoon op te geven: wij blijven aan wal of op ons kantoor stand-by in geval er iets op het thuisfront gebeurt. Er is wel geen wifi voorzien voor passagiers, maar de kapitein staat op elk moment in contact via de rederij met ons.”

Welke reis zou je aanraden voor een eerste keer?

JORIS: “Tijdens onze CptnZeppos infomomenten in Antwerpen informeren én inspireren we onze toekomstige passagiers over ZEPPOS-0060, de rondreis vanuit Antwerpen naar Finland, een perfecte kennismaking voor mensen die nog nooit met een vrachtschip zijn meegereisd. Ik begeleid hen persoonlijk elke vrijdagavond van de security gate over de terminal tot aan het vrachtschip en help hen nadien met de bagage tot aan hun kajuit. We kunnen ook een shuttle aanbieden die je thuis ophaalt en tot aan het schip brengt.

Eind september vorig jaar maakte ik deze reis samen met mijn vader, een avontuur dat ons nog dichter bij elkaar bracht en we heel erg koesteren. Tijdens de infomomenten delen onze ambassadeurs natuurlijk graag ook hun reiservaringen.”

Tenslotte, zou je in een enkele zin kunnen samenvatten wat de meerwaarde van jouw reisconcept is?

JORIS: “Onze toeristische visie staat voor ecologisch reizen, in een rustig tempo, avontuurlijk en dichtbij de natuur met veel tijd voor jezelf, zonder één moment van massatoerisme. Kan het duurzamer?”

Intussen heb ik jouw mooie en inspirerende website grondig bekeken. Met je video’s begeleid je mensen werkelijk naar hun droomreis.

JORIS: “Bedankt voor je interesse in CptnZeppos. Welcome aboard!

Joris en CptnZppos beter leren kennen of benieuwd naar alle reisbestemmingen? Surf naar www.cptnzeppos.be

Book – Pack – Leave: het Pieterpad

Boeken, inpakken en wegwezen, want we trekken 4 dagen lang over hét langeafstandspad van Nederland!

Het Pieterpad, hét langeafstandspad van Nederland, brengt je gedurende 500 km van Pieterburen tot Sint-Pietersberg waarbij je dag na dag het landschap ziet veranderen. Het doet je verbazen hoe afwisselend de omgeving is, want geen enkele etappe lijkt op de vorige. Gedurende vier dagen wandelen we van Venlo tot Sint-Pietersberg waarbij we genieten van de vriendelijke bevolking, verrassende Pieterpadpauzeplekjes en worden we voor eventjes echte Pieterpadders.

Tekst & foto’s: Els Willems

Book

Wij besloten low budget te gaan en sliepen in de wagen. Aangezien elke etappe met het openbaar vervoer bereikbaar is, was het handig om ‘s avonds de auto terug te bereiken. Langs het Pieterpad zijn er voldoende hotels, B&B’s en campings te vinden. Helaas waren deze laatste reeds gesloten voor de wintermaanden. Hier kan je dus best rekening mee houden als je wilt kamperen.

Pack

Tip: Het gpx-bestand was nodig. Op sommige stukken staat het pad minder goed aangegeven waardoor je twijfelt. Gelukkig zijn er vaak behulpzame mensen die je graag de juiste weg wijzen.

Leave

Je kan overal beginnen en eindigen op het Pieterpad. Je kan het pad in twee richtingen wandelen. Op de website vind je de volledige route ingedeeld in zowel korte als lange etappes waardoor je je eigen traject kunt bepalen. Wij kozen ervoor om van Venlo tot Maastricht te wandelen in vier etappes en stelden deze zelf samen.

Dag 1

Venlo – Swalmen: 23,4 km • wandeltijd: 5u // Trein Swalmen – Venlo: € 5

Vanaf we Swalmen verlaten, zien we tot het eindpunt geen dorpjes meer: we wandelen de ganse etappe in het groen waarbij bossen zich afwisselen met open gebieden. Het is paddenstoelenseizoen en ook dat hebben we geweten: we zien de ganse dag niets anders. Echt prachtig! De etappe eindigen doen we door de idyllisch kabbelende Swalm te volgen.

Tip: We komen slechts één café tegen op de route. Deze staat mooi halverwege de tocht op de grens tussen Nederland en Duitsland. Het is een toffe stop.

Dag 3

Peij – Spaubeek: 28 km • wandeltijd: 5u30 // Trein Spaubeek – Echt, via Roermond: € 6,50

Vandaag wandelen we van natuurgebied tot natuurgebied waarbij we de ene vogel na de andere kunnen spotten. We doorkruisen veel open gebieden en hebben met momenten het gevoel dat we ons in de Voerstreek bevinden. Waar we de dag met vlakke stukken beginnen, wordt het pittiger naarmate we Spaubeek naderen. Zo gaan we onder andere de Kollenberg op. Gelukkig passeren we ook vandaag weer een aantal Pieterpadpauzeplekjes. De dag eindigen we in een mooi bos waar we genieten van een ander stukje natuur.

Tip: Na 17 km passeer je Sittard waar de cafeetjes op je wachten! ‘s Avonds kan je hier in Sittard ook naar de sauna komen. Een aanrader!

Dag 2

Swalmen – Peij: 31 km • wandeltijd: 6u // Trein Echt – Swalmen: € 5

De tweede etappe wordt een pittige etappe, want we wandelen dwars tegen storm Ciaran in. We hebben hierbij de ganse dag serieuze winds op kop.

Starten doen we in een mooi bos met brede lanen. De rest van de dag wandelen we afwisselend langs open velden, doorheen natuurgebieden en langs bosranden. We genieten van velden vol bloemen en worden halverwege verwend met gratis koffie/thee op een Pieterpadpauzeplekje. Aangezien we niet veel horeca tegenkomen, is deze pauze meer dan welkom!

Dag 4

Spaubeek – Sint-Petersberg: 28,5 km • wandeltijd: 6u // Trein Maastricht – Spaubeek: € 7,25

De laatste etappe start met wat minder weer. Gelukkig is er na 6,5 km een gezellig wandelcafé waar we Limburgse vlaai kunnen proeven. Tijdens deze etappe worden we verwend met veel bossen, wandelpaden die op en neer gaan, uitzichten op de mergelgrotten en veel natuurpracht. Na 23,5 km komen we aan in Maastricht en besluiten we wegens tijdgebrek de laatste 5 km niet meer te wandelen. Hiervoor komen we zeker nog eens terug!

Het Pieterpad leeft

Het Pieterpad leeft écht in Nederland en dat is aan alles te zien: we werden meermaals aangesproken door mensen met de vraag of we ‘Pieterpadders’ waren waarop ze spontaan zelf hun verhaal vertelden, de pauzeplekjes zijn telkens een aangename verrassing, de omgeving gaat nooit vervelen … Zelf wandelde ik ook reeds het eerste stuk tot Groningen en na deze ervaring erbij smaakt het zeker naar meer!

Dit artikel verscheen in De Karavaan april 2024

La grande ouverture: Couleur locale bij ViaVia Grand-Popo

Op 1 november ’23 werd het 16e ViaVia Reiscafé opgelost in Benin! Reisbegeleidster Sofie was er samen met haar deelnemers bij en vertelt je vol enthousiasme hun kleurrijke reisverhaal.

Tijdens de herfstvakantie 11 Joker-reizigers naar Benin. Aanleiding van de reis? De officiële opening van ViaVia Grand-Popo in het zuiden van het land. Reisbegeleidster Sofie Verreydt vertelt je er met zoveel warmte en enthousiasme over dat je direct de droge droge herfstdagen hier in België lijkt te vergeten, of onmiddellijk naar het nabijgelegen Joker-kantoor wil stappen om een ​​ticket naar Benin te boeken.

Tekst: Veerle Stoffelen & Sofie Verreydt / Foto’s: Sofie Verreydt

Op stap met Eco-Benin

Sofie: “We werden de hele week op sleeptouw genomen door Ignace van Eco-Bénin, een organisatie die zich al meer dan 20 jaar inzet op projecten rond biodiversiteit, klimaat, verantwoord toerisme en community-ondersteuning. De organisatie helpt lokale gemeenschappen om micro-ondernemingen op te richten die hen de mogelijkheid bieden om toeristen op een duurzame manier te ontvangen.

Zo gingen we bijvoorbeeld lunchen in een dorp waar de mensen door Eco-Bénin aangemoedigd worden om een moestuin aan te leggen. Met de groenten uit die tuin kunnen ze een lunch bereiden en zo toeristen ontvangen. We werden er ontvangen met zang en dans, kregen dus een heerlijke lunch aangeboden en leerden vervolgens matten vlechten. De lokale gemeenschap kreeg ondersteuning van Eco-Bénin om iets klaar te maken, wat ons een rustig gevoel gaf. We wisten dat de gemeenschap een eerlijke prijs kreeg en dat het geld het dorp rechtstreeks ten goede komt.

Een ander voorbeeld was de bootrace in de Bouche du Roy, het mangrovegebied in de buurt van Grand-Popo. Zes boten – elk met één persoon uit het dorp en twee Joker-reizigers – hielden een roeicompetitie. Eco-Bénin gaf elke boot een som geld, van 20 000 Francs voor de winnaar (+/- €30) tot 5 000 Francs voor de laatste drie boten (+/- €7,50). De roeiers werden aangemoedigd door de lokale gemeenschap, die zich voor deze gelegenheid extra mooi had opgekleed. Er was zang en dans en de lokale pers filmde het evenement. Dit initiatief illustreert opnieuw de aanpak van de organisatie: door de gemeenschap financieel te steunen stimuleert Eco-Bénin de bevolking in haar waardigheid en bieden ze bezoekers een comfortabel gevoel.”

La grande ouverture

Sofie: “De Joker-reis was gebouwd rond de “grande ouverture” van ViaVia Grand-Popo: op 1 november werd deze ViaVia in het zuiden van Benin officieel opgenomen in de grote ViaVia-familie.

ViaVia Grand-Popo heeft zijn thuis gevonden het Centre Nonvignon, een initiatief van Eco-Bénin. In het Centre Nonvignon startte de organisatie enkele jaren geleden met een horecaopleiding voor jongeren uit armere milieus. Deze jonge studenten kunnen hun kennis in de praktijk brengen in hotels in de buurt en vanaf nu dus ook in de gastenkamers, het café en het restaurant van ViaVia Grand-Popo. Tijdens het openingsfeest kregen we meer uitleg over de werking van het centrum (de selectie van de studenten, de beurzen …) en een rondleiding in de keuken.

“Eco-Bénin helpt locals om micro-ondernemingen op te richten die hen de kans bieden om toeristen op een duurzame manier te ontvangen.”

De opening werd één groot feest met een officieel gedeelte met speeches, voorstelling van de genodigden en een rondleiding, en een culinair gedeelte met een heerlijk etentje in buffetvorm en gebak in de vorm van het woord ‘ViaVia’. Niets zo heerlijk als genieten van al dat lekkers met zicht op het strand. En bij een feest horen natuurlijk ook geschenkjes! We kregen in primeur de gloednieuwe ViaVia-T-shirt en droegen die de dag erna ook met trots tijdens de bootrace.

Ook wij hadden een verrassing voor die avond: via een naaister die Ignace kende, lieten we een speciale outfit maken van stof die we eerder op een markt gekocht hadden. Zo konden we de opening gepast bijwonen: feestelijk opgekleed!”

Voodoo, couleur locale & slavernij

Sofie: “Naar Benin trek je vooral voor de geschiedenis, de verhalen en de couleur locale: de kleuren, de geuren, de markten. Een must see is de Route des esclaves, de wandeling die de slaven maakten van aan de slavenmarkt tot aan de Porte du non-retour in Ouidah. Heel wat inwoners van het machtige koninkrijk Dahomey werden gevangengenomen door hun eigen koningen en verkocht op de slavenmarkt. Elf jonge mannen of achttien jonge vrouwen werden met de Portugezen geruild voor één kanon, de zogenaamde traites des négresses. Door de Porte du non-retour verlieten ze voorgoed hun vaderland en vertrokken ze per boot naar de nieuwe kolonies in de Amerika’s. De wandeling en een bezoek aan de poort was een pakkende ervaring.

“Voodoo is er altijd en overal aanwezig: het zit in alles wat de mensen doen.”

Een aantal mensen vluchten voor de slavenjacht en zochten bescherming op het water. Ze stichtten  Ganvie , een paaldorp op Lac Nokoué. Het dorp telt op dit moment zo’n 40.000 inwoners en wordt ook wel het “Venetië van West-Afrika” genoemd. We bezochten het dorp uiteraard per boot. Net als in Venetië gebeuren er heel wat op het water: mensen leven, wonen en werken op het meer. Zelfs de smoutebollen bakken en verkopen ze in een bootje!

Benin wordt ook vaak in één adem vernoemd met voodoo. Elk jaar op 10 januari viert het land Voodoo Dag, maar eigenlijk is voodoo er altijd en overal aanwezig: het zit in alles wat de mensen doen. Maak je ook geen zorgen, het heeft niet de negatieve bijklank die wij er vaak aan geven. Voodoo kan iets slechts zijn en kwaad aandoen, maar ook juist iets moois zijn en bescherming bieden. De divinités, de goden die aanbeden worden om bijvoorbeeld genezing of vruchtbaarheid af te dingen, zijn overal aanwezig. Als buitenstaander zie je ze niet altijd, want zo’n divinité kan een eenvoudige berg zand of een tak aan een deur zijn. Ignace wees ons er regelmatig op. Zoals in heel wat andere West-Afrikaanse landen zijn ook hier de gris-gris erg populair, de amuletten die de drager geluk brengen of beschermen tegen het kwaad.

Benin is een arm land, maar kent geen structurele honger. Het is zo groen en er groeit zoveel dat er eten genoeg is. En lekker ook! Alles is kraakvers en de enige bewerking zijn de pittige kruiden. Er is veel informele economie, overal zie je vrouwen naar de markt lopen om te verkopen wat ze thuis telen, of kraampjes langs de kant van de weg waar je snacks kan kopen. Vaak kocht Ignace voor ons een kleine typische snack, zoals bijvoorbeeld krouil krouil, een soort gebakje met pindanotenpasta.

Eén van de belangrijkste exportproducten is katoen. De haven van Cotonou is een belangrijke draaischijf voor de handel. Niet alleen van Benin zelf, maar van de ganse regio. Heel wat goederen voor Nigeria, de grote buur van Benin, komen toe via de haven van Cotonou. Door de nauwe samenwerking tussen de haven van Antwerpen-Brugge wonen er nogal wat expats in het zuiden van Benin.

“Hoewel je Benin niet meteen tegenkomt in toeristische brochures, is het een heerlijke bestemming voor tijdens onze grijze wintermaanden.”

Openbaar vervoer is er amper, brommertjes rijden er des te meer. Voor transport ben je aangewezen op gecharterd vervoer. Reizen kan heel comfortabel: zonder in luxe te vervallen, sliepen we overal op prachtige locaties, altijd met zwembad, vaak met palmbomen en bungalows op het strand. Met Frans kan je overal terecht. Wil je de lokale taal spreken? Leer dan een woordje Fon voor je vertrekt.

Hoewel Benin niet direct een land is dat je tegenkomt in toeristische brochures, is het een heerlijke bestemming voor wie even de zon wil opzoeken tijdens onze grijze wintermaanden. Het West-Afrikaanse land heeft een tropisch klimaat, het is er warm en vochtig. Je eet ananas of mango onder de palmbomen aan het strand of het zwembad terwijl je collega’s in België door het raam naar de zoveelste regenachtige dag staren. Tip: reis in het najaar, want dan kom je net het regenseizoen. Dan is alles ‘schoongeregend’ en zijn ook de muggen verdreven. Ideaal dus!”

Dit artikel verscheen in De Karavaan januari 2024.

Ik ga op reis en ik neem niet mee …

20 dagen lang het land van vuur & ijs verkennen, voornamelijk te voet en met maar één rugzak. Dat vraagt wat creativiteit! Gelukkig helpt reisbegeleidster Lien je inpakken voor je IJslandtrekking.

1 augustus was het eindelijk zover: ik ging met 11 medereizigers op expeditie naar IJsland. 20 dagen lang verkennen we ‘het land van vuur en ijs’, voornamelijk te voet en met slechts één rugzak. Maar wat steek je nu in die ene rugzak, wetende dat we onze tent, kampeermateriaal en al onze benodigdheden moeten dragen, terwijl er meer dan 100 kilometer aan wandelingen op het programma staan?

Tekst & foto’s: Lien Castelein

Na wat onderzoek ontdek ik dat het raadzaam is om niet meer dan 20% van mijn lichaamsgewicht mee te nemen. Een snelle wiskundige berekening vertelt me dat dit in mijn geval een illusie is. Misschien moet ik snel wat extra eten om meer te mogen meenemen … Zo werkt het niet zeker? Ik begin dus maar met inpakken met het idee dat sommige schouders meer kunnen dragen dan andere.

Fase 1

De eerste fase in mijn inpakproces begint weken van tevoren, wanneer ik een plooibox in de gang zet. Daar deponeer ik alle spulletjes in die ik mogelijks nodig zou kunnen hebben en die ik, al dan niet toevallig, tegenkom in mijn huishouden. Tijdens het proces struikel ik zowaar meerdere keren over die plooibox, maar er is niets zo leuk als herinnerd worden aan mijn toekomstige reis, niet?

Fase 2

Fase twee begint enkele weken voor afreis, wanneer ik mijn hele huis doorzoek naar benodigdheden. Ik denk hierbij aan mijn tent, matje, wandelstokken … en waar heb ik die afritsbroek nu weer gelaten? Ondertussen heb ik er ook al een tweede of derde plooibox bijgenomen.

Fase 3

Een week voor vertrek begint het echte werk. Ik leg al het materiaal uit de plooiboxen op de vloer van mijn woonkamer en begin met wegen en wegleggen. Met mijn keukenweegschaal in de hand weeg ik alle opties af – pun intended! Ik neem twee outfits mee. Eentje aan en eentje af. In geval van een koude douche onderweg, is er altijd een paar in reserve mee. Twee fleece truien, twee wandelbroeken (afritsbaar), twee T-shirts, een setje thermisch ondergoed dat tevens ook dienstdoet als pyjama. Jani zou het moeten weten … Het enige waarop ik een uitzondering maak, is drie paar sokken.

Veel van mijn trekkerskledij bestaat uit merinowol. Dit is ideaal bij zowel koude als warme temperaturen en het gaat niet zo snel stinken. Goed nieuws!

“Met mijn keukenweegschaal in de hand weeg ik alle opties af – pun intended! Ik neem twee outfits mee. Eentje aan en eentje af.”

Wat dan nog? Een muts, handschoenen, regenbroek, wandelstokken, matje, slaapzak, eetgerief, kampeervuurtje, tent, toiletgerief, ondergoed, opladers, EHBO-kit, spelletje, watersandalen, reserveveter en 6 dagen aan proviand. En dat moet allemaal in die ene rugzak. Het vraagt wat creativiteit en slimme keuzes. Zo knip ik alle labels uit mijn materiaal, weeg mijn onderbroeken af (want je zou het niet geloven, maar er bestaan lichte en zware onderbroeken) en wie heeft nu eigenlijk het volledige handvat van zijn tandenborstel nodig? Het zware gewicht zal niet in die etiketjes zitten, maar je kan al behoorlijk wat besparen door een mini-shampoobar (7 gram), verpakkingsvrije mini-deodorant (6 gram) en tandpastatabletjes (12 gram) mee te nemen. Verder kan je ook op een handdoek heel wat gewicht besparen. Ik zweer bij een microvezelversie van 30cm op 60cm. Groter hoeft die handdoek echt niet te zijn. Maar toegegeven, handig is iets anders.

Tot slot kan je alle reserveveters van de groep samenbinden tot één waslijn, want na 6 dagen op de trail kom je op een camping met een wasmachine. Nog een tip: neem wasstrips mee in plaats van vloeibaar wasmiddel.

En wat als ik dan iets mis? Eigenlijk is me dat nog nooit overkomen. En als ik toch iets niet bij heb, zijn er altijd winkels en 11 behulpzame medereizigers, die me wel even uit de nood helpen.

Porties enthousiasme kan je nooit genoeg meenemen, trouwens!

Dit artikel verscheen in De Karavaan oktober 2023.

Op ontdekking in de Mongoolse steppe bij ViaVia Harganat

Midden in de uitgestrekte landschappen van Mongolië, kruisen in 2010 de Belgische Katrien en de lokale Bat elkaar. Zo’n 13 jaar later openen ze er samen de prachtige ViaVia Harganat.

Midden in de uitgestrekte landschappen van Mongolië, kruisen in 2010 de paden van de Belgische reizigster Katrien en de lokale Bat elkaar. Wat begint als een toevallige ontmoeting op een bus, evolueert tot een reeks gedeelde avonturen, een groeiende familie en uiteindelijk de geboorte van ViaVia Harganat in juni 2023. Toon Teugels, Karavaan-begeleider en ViaVia-coördinator, was aanwezig op de feestelijke opening en liet zich er onderdompelen in de pracht en eenvoud van de Mongoolse steppe.

Tekst & interview: Heleen Lippens // Foto’s: Isabelle Claes, Walter Vermeersch

Uitgestrekte leegtes en ongerepte schoonheid

Toon: “Hoewel ik in eerste instantie natuurlijk door mijn betrokkenheid bij ViaVia afreisde, had Mongolië altijd al mijn nieuwsgierigheid gewekt. Wie ernaartoe trekt, moet vooral geen typische stadsbestemming verwachten. Het land is eerder geschikt voor doorgewinterde reizigers die houden van natuurervaringen. De hoofdstad Ulaanbaatar mag dan wel druk en bruisend zijn, de echte ziel van het land ligt elders: ongeveer de helft van de bevolking leidt een nomadisch bestaan op het platteland of in kleine provinciesteden. Mongolië is een van de dunst bevolkte landen ter wereld, wat resulteert in uitgestrekte leegtes en ongerepte schoonheid. De natuurbeleving, het nomadische bestaan en de onontdekte paden maken Mongolië tot de ideale bestemming voor wie op zoek is naar pure ervaringen. De schoonheid van het land zit echt in haar eindeloze landschappen en constante sereniteit.”

“De natuurbeleving, het nomadische bestaan en de onontdekte paden maken Mongolië tot de ideale bestemming voor wie op zoek is naar pure ervaringen.”

Een toevallige, unieke samenwerking

Toon: “Naast de Mongoolse busrit die zorgde voor de toevallige ontmoeting tussen Katrien en Bat, hebben we eigenlijk ook een Belgisch familiefeest te danken voor de oprichting van ViaVia Harganat. Katrien bleek namelijk een ver familielid te zijn van Bob Elsen, bezieler van Joker en de ViaVia Reiscafés. Na dat tweede toevallige contact, namen Katrien en Bat een yurtkamp in Harganat over, transformeerden het geleidelijk tot Harganat River Lodge en dat evolueerde uiteindelijk tot ViaVia Harganat. Zo pikten ze dus aan in ons grotere verhaal.”

Duurzaamheid als levensstijl

Toon: “Duurzaamheid is een onmisbaar onderdeel in de visie en werking van ViaVia Harganat. Dit begon al tijdens de bouw, waar lokale bewoners samenwerkten met internationale vrijwilligers via WWOOF, een duurzaam uitwisselingsprogramma. Bat groeide zelf op in de regio en kent de omgeving dus als zijn eigen broekzak, wat voor een vlotte samenwerking met de nomaden zorgt.

Medewerkers krijgen er sociale zekerheid en betere lonen dan veel andere plaatsen in dezelfde sector. Bovendien gaat een deel van de winst terug naar de lokale gemeenschap, door samen te werken aan projecten die de regio ten goede komen. Zoals bijvoorbeeld rivierbeschermingsprogramma, want de bescherming van de nabijgelegen rivier staat bij Katrien & Bat hoog in het vaandel. Lokale schoolkinderen krijgen zelfs les over natuurbehoud.

Verder gebruikt het yurtkamp ondergrondse tanks voor waterzuivering en maakt het gebruik van hernieuwbare energiebronnen. Plastic wordt zo min mogelijk gebruikt en het restaurant is heerlijk lokaal: vers vlees van de dieren die vrij op de steppe rondlopen, eieren van de kippen, yoghurt van verse melk en verse groenten & kruiden van eigen kweek.

Bovendien heeft Mongolië nog zeer weinig toerisme; hier heb je geen platgereden paden. Je bent er erg welkom en hebt als toerist een positieve impact. Toerisme brengt nu vooral welvaart voor het land.”

“’t Is echt alsof je een andere wereld binnenstapt; zonder twijfel de meest magische plek die ik ooit heb ervaren.”

Verbluffende eerste indrukken

Toon: “Mijn eerste indruk van ViaVia Harganat? Ronduit verbluffend. De locatie is adembenemend! Een prachtige combinatie van een enorme rivier die door het landschap slingert, meerdere stromen die zich verspreiden over een uitgestrekte breedte en magnifieke kliffen waarop het Reiscafé is gebouwd. In de verte pronken de Holy Mountains, en overal om je heen is de overweldigende aanwezigheid van de natuur voelbaar.

Het meest indrukwekkende zijn wellicht de wilde paarden die de kliffen afdalen om te drinken aan de rivier. Met je koffietje ’s ochtends een kudde van 100 paarden de kliffen zien afstormen, het dreunende geluid van hun hoeven, wat stofwolken erbij … een behoorlijk machtig zicht!

’t Is echt alsof je een andere wereld binnenstapt; zonder twijfel de meest magische plek die ik ooit heb ervaren.

20 yurts, 18 km puur natuur

Toon: “Stel je dus voor: 18 km omringd door niets anders dan de natuur en dan plotseling ViaVia Harganat. Een ruim houten huis, een restaurant met prachtig uitzicht en 20 verspreid gelegen yurts om in te slapen. Naast het yurtkamp vind je de sanitaire faciliteiten, al hebben sommige yurts zelfs sanitair binnenin. Comfort alom! De ruime yurts hebben verder comfortabele bedden en de nodige basisvoorzieningen, zoals verlichting en elektriciteit om je gsm op te laden. Al kan je daar ginder niet veel mee doen, want je hebt er geen internet of verbinding. Maar ach, die offline ervaring maakt het geheel alleen nog maar meer compleet.”

“De schoonheid van het land zit echt in haar eindeloze landschappen en constante sereniteit.”

Living like a local

Toon: “De activiteiten die Bat in ViaVia Harganat voorziet, zijn diep geworteld in de Mongoolse tradities. Ze vormen allemaal een integraal onderdeel van het culturele erfgoed en de gastvrijheid van de lokale, Mongoolse gemeenschappen. Met paardrijtochten, paardenraces, vliegvisserij en boogschieten ervaar je als bezoeker het echte, lokale leven.

Het mooie is dat het absoluut geen show is die opgevoerd wordt voor toeristen, maar dat het authentieke activiteiten zijn, die in al hun puurheid worden gedaan. Het indrukwekkendst was sowieso de paardenrace, waarbij kinderen soms zonder zadels en teugels hun paard bestegen en bereden. We achtervolgden hen in jeeps om zo de acht kilometer lange race bij te wonen.”

Het fundament van gastvrijheid

Toon: “Het warme onthaal en de verbondenheid met de lokale gemeenschap zijn duidelijk voelbaar in ViaVia Harganat. Ondanks de soms uitdagende taalbarrière, deden de medewerkers en bewoners hun best om bezoekers te betrekken bij hun cultuur en levensstijl. Op het openingsfeest had Bat voor ons zelfs een miniversie georganiseerd van het Nadaam-festival, het grootste evenement in Mongolië!”

Dit artikel verscheen in De Karavaan oktober 2023.

Umuganda in Rwanda: meer dan zomaar wat bomen planten

Zou jij op een zaterdag voor dag en dauw opstaan om enkele bomen te planten? Michiel deed dat in Rwanda alleszins wel! Hij deed er mee aan de Rwandese traditie van Umuganda.

Ik ben Michiel Pauwels, 23 jaar en al enige tijd fervent lezer van het magazine De Karavaan. Na mijn recente ervaringen tijdens mijn masteropleiding in sustainable development waarbij ik drie maanden in Rwanda heb doorgebracht, ben ik nu zelf in de pen gekropen. Tijdens deze periode liep ik stage bij ENABEL, de Belgische federatie voor ontwikkelingssamenwerking. Een van de activiteiten waar ik in mijn vrije tijd aan heb deelgenomen, was Umuganda, de maandelijkse verplichte gemeenschapsdienst in Rwanda. Graag neem ik jullie mee naar mijn ervaringen in “het land van de duizend heuvels”.

Tekst & foto’s: Michiel Pauwels

Mwaramuzi Michiel! Het is 7u30 op een zaterdagochtend en Vincent, mijn Rwandese stagementor bij ENABEL, begroet me enthousiast bij het instappen van de witte Land Cruiser. De anders zo drukke straten in Kigali liggen er verlaten bij. Geen claxonnerende motorrijders of luid roepende marktkramers te bespeuren in de hoofdstad van Rwanda. Vandaag is het immers Umuganda. Op de laatste zaterdag van elke maand wordt er in de voormiddag over heel het land niet gewerkt en komen mensen bijeen voor de maandelijkse, verplichte gemeenschapsdienst. Tijdens deze voormiddagen worden wijken opgeruimd en worden allerlei projecten ondernomen om de leefomstandigheden van de inwoners te verbeteren. Uit nieuwsgierigheid naar hoe Umuganda precies in elkaar zit en of het al dan niet bijdraagt aan het positieve imago dat Rwanda vandaag heeft, neem ik met een tiental collega’s van ENABEL deel aan de nationale Umuganda in Kigali.

Plant een boom, red de toekomst

Zo bevind ik me op zaterdagvoormiddag onder een brandende zon in de Kigali Economic Zone, een opkomende economische wijk die van Kigali het Singapore van Afrika beoogt te maken. Emmanuel, één van de gemeenschapsleiders en mede-coördinator van het project, begroet ons met een brede glimlach. Hij brieft ons over de activiteit van de dag: 10.000 inheemse bomen planten op een braakliggende heuvel met als doel de bodemerosie te verminderen en klimaatverandering tegen te gaan. Dit project is een bijzondere Umuganda, want het markeert de start van het bosplantseizoen in Rwanda dat de slogan draagt: “Plant een boom, red de toekomst”.

Met een spade en een boompje in de aanslag baan ik me een weg tussen de honderden participanten die afgezakt zijn naar de buitenwijken van Kigali om samen bomen te planten. Ik sla een babbeltje met enkele Rwandese collega’s van ENABEL en pols bij de lokale bewoners over hun ervaringen met Umuganda en de impact ervan op hun gemeenschap. Zo ontdek ik dat Umuganda niet alleen een praktische manier is om de stad schoon te maken en infrastructuurprojecten uit te voeren, maar ook een belangrijke sociale functie heeft. Door samen te werken aan gemeenschapsprojecten om de stad te verbeteren, versterkt Umuganda de cohesie en het gevoel van solidariteit onder de bewoners. Als voorbeeld vertelt Vincent dat hij samen met zijn gezin de drijvende kracht is in de bouw van een nieuwe lagere school in zijn woonwijk. De vorige school had immers schade opgelopen door een hevige stortbui, waardoor leerlingen van de omgeving tijdelijk niet naar school konden gaan.

“Umuganda versterkt de cohesie & het gevoel van solidariteit onder de bewoners. Het is een krachtig instrument om gemeenschappen samen te krijgen en burgerparticipatie te vergroten.”

Kritische stemmen

Toch rijzen er ook kritische stemmen over het nut en de intrinsieke doelen van Umuganda. Eén van de kritieken die geuit wordt, is dat Umuganda verplicht wordt gemaakt en dat niet iedereen gelijkwaardig kan deelnemen. Zo worden bijvoorbeeld mensen die werken in de formele sector soms vrijgesteld, terwijl mensen die in de informele sector werken vaak wel worden verplicht om deel te nemen. Wie niet deelneemt, riskeert een boete. Vooral de jongere bevolking heeft zijn bedenkingen bij Umuganda, zo vertelt Ennock, een 23-jarige student aan de universiteit van Kigali.
Hoewel hij toegeeft dat Umuganda zeker heeft bijgedragen aan het samenbrengen van mensen met verschillende achtergronden en de sociale cohesie tussen gemeenschappen heeft bevorderd in de periode na de genocide, merkt hij op dat de bereidheid om maandelijks deel te nemen afneemt onder zijn leeftijdsgenoten. ‘Er hangt een ouderwetse sfeer rond de activiteiten, en het zou helpen als er specifieke Umuganda’s voor jongeren zouden worden opgericht waarbij de projecten afgestemd worden op hun interesses.’ Daarnaast bestaat de indruk dat belangrijke politieke figuren Umuganda in de eerste plaats gebruiken om hun reputatie te verbeteren en hun politieke agenda’s te promoten. Dit laatste blijkt ook uit mijn eigen ervaring wanneer na afloop alle deelnemers verzamelen voor enkele politieke toespraken van de burgemeester van Kigali.

Een voorbeeld voor anderen?

Wanneer we tegen de middag terug naar Kigali rijden, realiseer ik me dat Umuganda, ondanks alle kritiek, een krachtig instrument is om gemeenschappen samen te krijgen en burgerparticipatie te vergroten. Deze Rwandese traditie kan dienen als een model voor andere steden en landen om een positieve maatschappelijke verandering te bewerkstelligen door middel van gemeenschapsopbouw. Toch blijft de vraag in mijn hoofd spoken of deze soort opgelegde gemeenschapsprojecten, hoewel goedbedoeld, effectief zijn in het bereiken van de doelen van duurzame ontwikkeling of louter verdoken propaganda zijn van lokale politici.
Hoe dan ook, ik betwijfel of ik mijn vrienden in België (en mezelf) zover krijg om op zaterdag voor dag en dauw op te staan om enkele bomen te planten.

Ontstaan van Umuganda
Umuganda betekent in de lokale taal, het Kinyarwanda, ‘het samenkomen met een gemeenschappelijk doel’ en is een belangrijk onderdeel van de Rwandese cultuur, waarvan de wortels teruggaan tot de prekoloniale tijd, toen mensen enkele dagen per week samenwerkten aan gezamenlijke projecten zoals het bouwen van huizen, wegen en bruggen.

Helaas kreeg Umuganda in de aanloop naar de genocide tegen de Tutsi’s in 1994 een duistere kant. De toen nog wekelijkse bijeenkomsten werden gebruikt om Hutu’s te mobiliseren voor de genocide en haatzaaiende taal te verspreiden over de Tutsi’s in de omgeving. Onder president Kagame werd in 2009 opnieuw volop ingezet op de organisatie van Umuganda. Deze keer met het oog op het herstel van een geslagen en verdeeld land, om zowel de oude als nieuwe breuklijnen, voortvloeiend uit de genocide, aan te pakken. Voor Rwandezen tussen de 18 en 65 jaar is deelname aan Umuganda verplicht. Toeristen en expats worden aangemoedigd om vrijblijvend deel te nemen.

Dit artikel verscheen in De Karavaan juli 2023.