De magie van het kampeervuurtje
“Hoe gaan we dat allemaal in onze rugzakken krijgen?!” Behalve dit ene kritieke punt is koken op kampeervuurtjes en maaltijden voorbereiden voor op talloze meerdaagse trektochten één groot plezier. Met dit artikel wil ik je overtuigen: de kunst van het kampeervuurkoken is een ervaring die op groepsreis niet alleen de maag vult, maar ook het hart verwarmt.
Tekst: Lien Castelein // Foto’s: Lien Castelein, Annelies Huibers, Willem van den Eynde
Een maaltijd delen rond kampeervuurtjes, onder de sterrenhemel … Het is een gewoonte op reis die de groep samenbrengt. Wie snijdt de groenten? Wie kookt het water? En nadien, wie doet de afwas? De avonturen van de dag worden uitgewisseld en plannen voor de volgende worden gesmeed. In de uitgestrekte natuur krijgt dit voedsel een nieuwe betekenis. Eentje die begint bij de cruciale vraag: “Wat eten we vandaag?”
Een antwoord kan je vinden in de betere outdoor winkel bij het assortiment kampeermaaltijden waar je gewoon kokend water aan toevoegt. Maar onder het motto “wat je zelf doet, kan je beter, smaakvoller en goedkoper” ga ik als reisbegeleider steevast zelf aan de slag.
De toolbox van de kampeerkoker
Ik ga op zoek naar ingrediënten die je niet moet bewaren in de frigo, geen vocht bevatten en mee te nemen zijn op trektocht, wat de culinaire vindingrijkheid zeker stimuleert. Wat standaard meegaat is melkpoeder. Je kan er van alles mee in je kampeervuurmaaltijden: warme chocomelk, allerhande sauzen en zelfs (pompoen)pannenkoeken. Daarnaast zweer ik bij kruiden. Kaneel in je havermout, basilicum in je Italiaanse pasta en een snuifje chilipeper in de chili sin carne. De smaakmakers van elke maaltijd! Een laatste aanwezige in mijn toolbox is sowieso Parmezaanse kaas. Deze hoeft niet in de frigo en geeft smaak aan je kaassaus, je pasta of als beleg bij de lunch. Handig.
Op reis zelf bestaat mijn toolbox uit een drietal kampeervuurtjes met ongeveer zes potten en een pan, die tevens dienst doet als deksel. Daar komen nog gasbidons en een vuurstick bij om de kampeerkeuken operationeel te krijgen. Verder heb ik een mini-spatel, -sauslepel, -klopper en een paar snijplankjes bij. Voeg daar nog een paar scherpe messen en een houten scheplepel aan toe en het kookfestijn kan beginnen!
Rugzak-ready-recepten
Maar hoe stel je nu zo’n menu samen? Planning, planning en – zei ik het al? – planning. Per dag noteer ik nauwkeurig wat ik nodig heb voor het ontbijt, lunch, snacks en avondeten. Ik bereken hoeveel ik van elk ingrediënt nodig heb en begin daarna alles van zijn verpakking te ontdoen en in pakketjes te verpakken met de juiste hoeveelheden. Je wil geen opties afwegen onderweg. Elke dag krijgt daarna een sticker met een kleur en een code: ontbijt 7, lunch 3, diner 5. Zo kan iedereen ten gepaste tijde het juiste pakket uit zijn rugzak toveren.
Recepten die verbinden
Verder heb ik ook altijd twee leuke extra’s in elk van mijn voedselpakketten. Een eerste is iets dat een medereiziger kan opbeuren bij een moeilijk moment. Zo kan een zakje paprikanootjes al eens iemands dag maken, maar ook chocolade doet al veel goeds. Tip: vraag dit even na voor je vertrekt. Mijn persoonlijke favoriet? Kikkersnoepjes op de top van de berg!
Mijn tweede surprise is dat er minstens één van de avondmenu’s te maken heeft met het land waarin we momenteel zijn. Zo maakte ik in IJsland een “vulkaanmenu”: een berg mousseline puree, geroosterde sojaboontjes als lavastenen en IKEA-balletjessaus met ge(vries)droogde ajuintjes & rode paprika’s als lava. Een topper van formaat, al zeg ik het zelf! In Noorwegen stond gevriesdroogde zalm met dille op het menu en in Namibië dan weer pompoenpannenkoeken met banaan. Onlangs trok ik door het Torres del Paine nationaal park in Chili. Je kan al raden wat daar op het menu stond … Niet alleen de wandeling was pittig!
Gastronomische giechels
Ter afsluiting van dit smakelijke relaas over de gastronomische geneugten van kamperen, is het overduidelijk dat koken op een kampeervuurtje niet zomaar een noodzakelijk kwaad is, maar eerder een culinair spektakel dat zich afspeelt in een prachtig natuurdecor. Het is een kans om de avontuurlijke chef-kok in jezelf los te laten, compleet met een vleugje rook en de occasionele verbrande vingertoppen. Of je nu melkpoeder in een haute cuisine-ervaring transformeert, of een pan balanceert boven een vlam die wispelturiger is dan het weer, elke maaltijd is een avontuur op zich. En laten we eerlijk zijn, er is iets onweerstaanbaar komisch aan een ui proberen snijden op een wiebelig klapstoeltje, terwijl je je best doet om niet te veel van de kostbare ingrediënten aan het lokale mierenleger te doneren.
Dus, de volgende keer dat je bij je kampeervuurtje je hoofd breekt over de vraag “Wat eten we vandaag?”, onthoud dan dat je deelneemt aan een tijdloze traditie van buiten koken. Een mix van MasterChef en Expeditie Robinson, geserveerd met hier en daar een snuifje culinaire blunder. Het gaat er niet om de perfecte maaltijd op tafel te zetten, maar om de lachsalvo’s die volgen als je probeert een gevriesdroogde aardappel te reanimeren of als je kampeervuur besluit een ongeplande siësta te houden.
Onderweg op groepsreis is elke maaltijd een herinnering, die wordt gekruid met een snuifje hilariteit en een scheutje avontuur, klaar om geserveerd te worden met een flinke dosis goede humor.
Smakelijk! Sabroso! Velsmakende!
Dit artikel verscheen in De Karavaan van april 2024. Ook 4x per jaar ons magazine ontvangen? Word lid van Karavaan!
Ik deel met plezier één van mijn favoriete 3-gangen kampeerdiners! (ingrediënten voor 12 personen)
De omgekeerde cultuurshock: thuis komen of thuiskomen?
“Leren van de ervaringen die je opdoet tijdens je buitenlands verblijf stopt niet wanneer je thuiskomt, het begint pas.”
Tekst: Lotte Rens / Foto’s: Natasja Van der Jonckheyd, Samuel De Baere, Sarah Bosman, Nancy Van Herck
Jaarlijks vertrekken er heel wat fantastische reisbegeleiders met een groep vol nieuwsgierigheid naar (on)bekende bestemmingen. Klaar om nieuwe vriendschappen te smeden, pareltjes in de natuur te ontdekken, uit hun comfortzone te trekken en thuis te komen met talloze verhalen. Niet enkel reizen is populair, ook een verhuis naar het buitenland. Denk aan internationale stages, tijdelijke buitenlandse jobs, projectopvolgingen, wereldreizen etc. Vele getuigen van een periode die ze koesteren en waarin ze veel bijleerden. Al wordt het thuiskomen vaak niet eenvoudig ervaren en wringt het soms. Het befaamde “zwarte gat”, missen van de sfeer en geluiden rondom je, of net het tegenovergestelde en terug in een drukke stad terechtkomen. Hoe wordt dit thuiskomen ervaren? Is er tijd en ruimte voor nazorg?
Dit artikel vloeit voort uit het vorige dat ik schreef, voor de oktober editie van dit magazine. Daarin haalde ik het gevoel aan van confrontatie en onbegrip toen ik terug thuis kwam na maanden vertoeven in Zuid-Afrika. In wat volgt, neem ik je graag mee rond meer context en duiding over een, naar mijn mening, toch wel onderbelicht thema binnen de reissector.
Reverse culture shock
Een lange reis of periode in het buitenland vergt enige voorbereiding. Zo ook verdient het belang hechten aan je voorbereiden op terug thuis komen en je huis terug laten aanvoelen als een thuis. Een belangrijke term binnen dit thema is de ‘reverse culture shock’. Deze term verwijst naar psychologische en emotionele uitdagingen waar individuen mee geconfronteerd worden na een periode in het buitenland. Het is de tegenhanger van de eerste cultuurshock die je ervaart als je je begeeft in een nieuwe culturele omgeving. De confrontatie hiermee is afhankelijk van persoon tot persoon, hierin zit ook de moeilijkheid.
In een artikel met de Gazet Van Antwerpen haalt Koen Van der Schaeghe, directeur van Vlamingen in de Wereld, de vergelijking met een oud jeansvestje boven. Hoe je na lange tijd een oud jeansjasje terug uit de kast haalt: het past misschien niet meer zo mooi, maar je trekt het toch aan, want het voelt vertrouwd. Een vergelijking waar ik me enorm hard in kan vinden.
Antrolopoog en auteur Judith van de Kamp beschrijft de omgekeerde cultuurshock liever als ‘een andere bril’. Dit omdat je dingen anders gaat bekijken, wat vervelend kan zijn, maar ook net heel mooi.
Reflectie
Tijdens een reis is de kans reëel om geconfronteerd te worden met zaken waar je in het dagdagelijkse leven niet echt bij stilstaat. Een beduidend voorbeeld is altijd elektriciteit hebben. In België kenden we vorig jaar een enorme stijging van de prijzen. Ondanks de piek, was er nog steeds elektriciteit beschikbaar. Wat in schril contrast is met landen als Pakistan en Zuid-Afrika bijvoorbeeld, waar load shedding dagelijkse realiteit is. Om een overbelasting van het elektriciteitsnet te voorkomen, wordt de elektriciteit gecontroleerd afgeschakeld voor bepaalde uren per dag. Na je reis hoef je niet meer te checken wanneer je elektriciteit zal hebben en hoe je bv. koken moet inplannen. Op zo’n moment word je je extra bewust van je privilege en vanzelfsprekendheid. Nog groter is de confrontatie met rijden door de townships of sloppenwijken, waar verschillende generaties leven in aangrijpende omstandigheden en waar paard en kar gebruikt wordt als transport.
Meedraaien in het systeem
Wanneer het aankomt op vervoer zijn er heel wat aanpassingen terug te vinden. Niet langer rijden met lokale tuktuk’s, Ubers bestellen, metrolijnen proberen te ontrafelen … België staat bekend om zijn liefde voor het fietsen. Dat hoef ik de wielerliefhebbers geen twee keer uit te leggen. Antwerpen werd in 2022 uitgeroepen tot derde meest fietsvriendelijke stad volgens het onderzoek van Global Bicycle Cities.
Ondanks de vele voordelen van fietsen, zoals de vrijheid van verplaatsing, is het ook weer wennen. Fietsen is een zaligheid, dat zal je me nooit horen ontkrachten. Wel was het enorm wennen aan die vrijheid, om je alleen te verplaatsen als het donker was. Niet meer om elke hoek van de straat security te zien of begeleid worden. Het klinkt vanzelfsprekend om terug in deze vrijheid te vallen, toch heeft het iets angstaanjagends.
“Leren van de ervaringen die je opdoet tijdens je buitenlands verblijft stopt niet wanneer je thuiskomt, het begint pas.”
Er komen verschillende nieuwe interesses boven, bijvoorbeeld de wereldpolitiek, wat ook kan leiden tot een gevoel van machteloosheid. Verschillende experts, ook Judith van de Kamp, raden daarom aan om concreet in contact te blijven. Hier bestaan verschillende manieren onder: inschrijven op nieuwsbrieven van lokale organisaties die zich inzetten tegen armoede, aan bewustwording werken in je thuisland.
Zo heeft de Amerikaanse organisatie Kiva het motto ‘Dromen zijn universeel, mogelijkheden niet’. Jouw verhalen bij thuiskomst dragen immers bij aan beeldvorming over complexe situaties in een ander continent. Wat belangrijk is om niet te onderschatten. Mensen zijn vaak geneigd te horen wat ze willen horen. Reacties als ‘Zie je wel? Ik wist het!’ zijn hieronder te plaatsen. Waar jij misschien wel een beeld kan scheppen dat recht doet aan de realiteit/de lokale situatie.
Met andere woorden: leren van de ervaringen die je opdoet tijdens je buitenlands verblijft stopt niet wanneer je thuiskomt, het begint pas. Ik heb geleerd om hiervoor open te staan en kwam tot verschillende inzichten, over de wereldproblematiek en over mezelf. Gun jezelf de tijd om eraan te wennen.
Reizen is een waardevolle inspiratiebron. Het is fascinerend om een periode van nieuwe prikkels te ervaren, nieuwe gewoontes te ontrafelen en de overgangsperiode naar het leven voor je buitenlands avontuur. Een periode van rust en reflectie, naar binnen keren en om stil te staan bij alles wat er is. In de hoop dat je daarvan kan genieten, want er komen haast weer zonnestralen en nieuwe plannen naar buiten. Geniet van al het moois om je heen. Koester zij die je liefhebben en je thuis lieten voelen bij het thuiskomen.
Laat dit vooral een oproep zijn om te praten over je reis en je ervaring eens terug in België. M’n Zuid-Afrikaanse vrienden zouden zeggen “Just do you, moenie worry nie”.
Dit artikel verscheen in De Karavaan januari 2024
Bronnen: De kunst van het remigreren, van Norman Jansen // Why I’m No Longer Talking to White People People About Race, van Reni Eddo-Lodge // De derde wereld op je CV, van Judith van de Kamp //Cultural identity reentry in short-term student missionaries, van Sherry Walling, Cynthia Eriksson, Katherine Meese, Antonia Ciovica, Deborah Gorton en David Foy // Capacity building contributions of short-term international volunteers, van Benjamin Lough, Amanda Moore, Margaret Sherraden en Kathleen O’Hara // Remigratie, de omgekeerde cultuurshock: “De terugkeer uit het buitenland is soms moeilijker dan het vertrek”, van Greg Van Roosbroeck // Antwerpen uitgeroepen tot derde meest fietsvriendelijke stad ter wereld, van Cedric Van den Langenbergh
La grande ouverture: Couleur locale bij ViaVia Grand-Popo
Op 1 november ’23 werd het 16e ViaVia Reiscafé opgelost in Benin! Reisbegeleidster Sofie was er samen met haar deelnemers bij en vertelt je vol enthousiasme hun kleurrijke reisverhaal.
Tijdens de herfstvakantie 11 Joker-reizigers naar Benin. Aanleiding van de reis? De officiële opening van ViaVia Grand-Popo in het zuiden van het land. Reisbegeleidster Sofie Verreydt vertelt je er met zoveel warmte en enthousiasme over dat je direct de droge droge herfstdagen hier in België lijkt te vergeten, of onmiddellijk naar het nabijgelegen Joker-kantoor wil stappen om een ticket naar Benin te boeken.
Tekst: Veerle Stoffelen & Sofie Verreydt / Foto’s: Sofie Verreydt
Op stap met Eco-Benin
Sofie: “We werden de hele week op sleeptouw genomen door Ignace van Eco-Bénin, een organisatie die zich al meer dan 20 jaar inzet op projecten rond biodiversiteit, klimaat, verantwoord toerisme en community-ondersteuning. De organisatie helpt lokale gemeenschappen om micro-ondernemingen op te richten die hen de mogelijkheid bieden om toeristen op een duurzame manier te ontvangen.
Zo gingen we bijvoorbeeld lunchen in een dorp waar de mensen door Eco-Bénin aangemoedigd worden om een moestuin aan te leggen. Met de groenten uit die tuin kunnen ze een lunch bereiden en zo toeristen ontvangen. We werden er ontvangen met zang en dans, kregen dus een heerlijke lunch aangeboden en leerden vervolgens matten vlechten. De lokale gemeenschap kreeg ondersteuning van Eco-Bénin om iets klaar te maken, wat ons een rustig gevoel gaf. We wisten dat de gemeenschap een eerlijke prijs kreeg en dat het geld het dorp rechtstreeks ten goede komt.
Een ander voorbeeld was de bootrace in de Bouche du Roy, het mangrovegebied in de buurt van Grand-Popo. Zes boten – elk met één persoon uit het dorp en twee Joker-reizigers – hielden een roeicompetitie. Eco-Bénin gaf elke boot een som geld, van 20 000 Francs voor de winnaar (+/- €30) tot 5 000 Francs voor de laatste drie boten (+/- €7,50). De roeiers werden aangemoedigd door de lokale gemeenschap, die zich voor deze gelegenheid extra mooi had opgekleed. Er was zang en dans en de lokale pers filmde het evenement. Dit initiatief illustreert opnieuw de aanpak van de organisatie: door de gemeenschap financieel te steunen stimuleert Eco-Bénin de bevolking in haar waardigheid en bieden ze bezoekers een comfortabel gevoel.”
La grande ouverture
Sofie: “De Joker-reis was gebouwd rond de “grande ouverture” van ViaVia Grand-Popo: op 1 november werd deze ViaVia in het zuiden van Benin officieel opgenomen in de grote ViaVia-familie.
ViaVia Grand-Popo heeft zijn thuis gevonden het Centre Nonvignon, een initiatief van Eco-Bénin. In het Centre Nonvignon startte de organisatie enkele jaren geleden met een horecaopleiding voor jongeren uit armere milieus. Deze jonge studenten kunnen hun kennis in de praktijk brengen in hotels in de buurt en vanaf nu dus ook in de gastenkamers, het café en het restaurant van ViaVia Grand-Popo. Tijdens het openingsfeest kregen we meer uitleg over de werking van het centrum (de selectie van de studenten, de beurzen …) en een rondleiding in de keuken.
“Eco-Bénin helpt locals om micro-ondernemingen op te richten die hen de kans bieden om toeristen op een duurzame manier te ontvangen.”
De opening werd één groot feest met een officieel gedeelte met speeches, voorstelling van de genodigden en een rondleiding, en een culinair gedeelte met een heerlijk etentje in buffetvorm en gebak in de vorm van het woord ‘ViaVia’. Niets zo heerlijk als genieten van al dat lekkers met zicht op het strand. En bij een feest horen natuurlijk ook geschenkjes! We kregen in primeur de gloednieuwe ViaVia-T-shirt en droegen die de dag erna ook met trots tijdens de bootrace.
Ook wij hadden een verrassing voor die avond: via een naaister die Ignace kende, lieten we een speciale outfit maken van stof die we eerder op een markt gekocht hadden. Zo konden we de opening gepast bijwonen: feestelijk opgekleed!”
Voodoo, couleur locale & slavernij
Sofie: “Naar Benin trek je vooral voor de geschiedenis, de verhalen en de couleur locale: de kleuren, de geuren, de markten. Een must see is de Route des esclaves, de wandeling die de slaven maakten van aan de slavenmarkt tot aan de Porte du non-retour in Ouidah. Heel wat inwoners van het machtige koninkrijk Dahomey werden gevangengenomen door hun eigen koningen en verkocht op de slavenmarkt. Elf jonge mannen of achttien jonge vrouwen werden met de Portugezen geruild voor één kanon, de zogenaamde traites des négresses. Door de Porte du non-retour verlieten ze voorgoed hun vaderland en vertrokken ze per boot naar de nieuwe kolonies in de Amerika’s. De wandeling en een bezoek aan de poort was een pakkende ervaring.
“Voodoo is er altijd en overal aanwezig: het zit in alles wat de mensen doen.”
Een aantal mensen vluchten voor de slavenjacht en zochten bescherming op het water. Ze stichtten Ganvie , een paaldorp op Lac Nokoué. Het dorp telt op dit moment zo’n 40.000 inwoners en wordt ook wel het “Venetië van West-Afrika” genoemd. We bezochten het dorp uiteraard per boot. Net als in Venetië gebeuren er heel wat op het water: mensen leven, wonen en werken op het meer. Zelfs de smoutebollen bakken en verkopen ze in een bootje!
Benin wordt ook vaak in één adem vernoemd met voodoo. Elk jaar op 10 januari viert het land Voodoo Dag, maar eigenlijk is voodoo er altijd en overal aanwezig: het zit in alles wat de mensen doen. Maak je ook geen zorgen, het heeft niet de negatieve bijklank die wij er vaak aan geven. Voodoo kan iets slechts zijn en kwaad aandoen, maar ook juist iets moois zijn en bescherming bieden. De divinités, de goden die aanbeden worden om bijvoorbeeld genezing of vruchtbaarheid af te dingen, zijn overal aanwezig. Als buitenstaander zie je ze niet altijd, want zo’n divinité kan een eenvoudige berg zand of een tak aan een deur zijn. Ignace wees ons er regelmatig op. Zoals in heel wat andere West-Afrikaanse landen zijn ook hier de gris-gris erg populair, de amuletten die de drager geluk brengen of beschermen tegen het kwaad.
Benin is een arm land, maar kent geen structurele honger. Het is zo groen en er groeit zoveel dat er eten genoeg is. En lekker ook! Alles is kraakvers en de enige bewerking zijn de pittige kruiden. Er is veel informele economie, overal zie je vrouwen naar de markt lopen om te verkopen wat ze thuis telen, of kraampjes langs de kant van de weg waar je snacks kan kopen. Vaak kocht Ignace voor ons een kleine typische snack, zoals bijvoorbeeld krouil krouil, een soort gebakje met pindanotenpasta.
Eén van de belangrijkste exportproducten is katoen. De haven van Cotonou is een belangrijke draaischijf voor de handel. Niet alleen van Benin zelf, maar van de ganse regio. Heel wat goederen voor Nigeria, de grote buur van Benin, komen toe via de haven van Cotonou. Door de nauwe samenwerking tussen de haven van Antwerpen-Brugge wonen er nogal wat expats in het zuiden van Benin.
“Hoewel je Benin niet meteen tegenkomt in toeristische brochures, is het een heerlijke bestemming voor tijdens onze grijze wintermaanden.”
Openbaar vervoer is er amper, brommertjes rijden er des te meer. Voor transport ben je aangewezen op gecharterd vervoer. Reizen kan heel comfortabel: zonder in luxe te vervallen, sliepen we overal op prachtige locaties, altijd met zwembad, vaak met palmbomen en bungalows op het strand. Met Frans kan je overal terecht. Wil je de lokale taal spreken? Leer dan een woordje Fon voor je vertrekt.
Hoewel Benin niet direct een land is dat je tegenkomt in toeristische brochures, is het een heerlijke bestemming voor wie even de zon wil opzoeken tijdens onze grijze wintermaanden. Het West-Afrikaanse land heeft een tropisch klimaat, het is er warm en vochtig. Je eet ananas of mango onder de palmbomen aan het strand of het zwembad terwijl je collega’s in België door het raam naar de zoveelste regenachtige dag staren. Tip: reis in het najaar, want dan kom je net het regenseizoen. Dan is alles ‘schoongeregend’ en zijn ook de muggen verdreven. Ideaal dus!”
- Ook op reis naar Benin? Check www.viavia.world voor meer informatie. Hou ook www.joker.be in de gaten, want deze reis zal als basis dienen voor een nieuwe 11-daagse groepsreis naar Benin!
- Of heb je zelf interesse om ergens een ViaVia op te starten? Contacteer dan ViaVia-coördinator Toon op toon.teugels@viavia.world
Dit artikel verscheen in De Karavaan januari 2024.
Al fladderend door de grote Mothercity: Kaapstad
“Moest je de kans hebben om te reizen naar Kaapstad, Zuid-Afrika, ga!” Of Lotte haar internationale stage in de grote “Mothercity” dan een beetje meeviel? Duidelijk wel!
De zomer zindert na, de laatste festivals vol zonnestralen en blije gezichten worden georganiseerd, pintjes worden getapt en onvergetelijke herinneringen worden gecreëerd. Zo wist ik de laatste dagen van augustus te spenderen, met mijn lieve Erasmus-vrienden aan mijn zijde, die ik in Denemarken leerde kennen. Een ongelooflijk warme en pure mix van vrienden uit Catalonië, Spanje en Frankrijk. De avonturen opzoeken en reizen is me nooit onbekend geweest. Het verbaast dan ook niet dat ik twee jaar geleden bij Karavaan als stageplaats terecht kwam. Na drie dagen stage ging ik mee op één van de opleidingsweekends van de reisbegeleiders. Overweldigend is een understatement voor hoe ik er ontvangen werd. Een warme groep van vrijwilligers en collega’s lieten me comfortabel voelen en de vele reisverhalen volgden al snel.
Tekst & foto’s: Lotte Rens
De afgelopen twee academiejaren kreeg ik de kans om mijn eigen reisverhalen waar te maken. Het is dan ook daar in Denemarken dat mijn buitenlandse avonturen begonnen, meer specifiek in Viborg. Een hyggelig klein dorpje dichtbij Aarhus, Mid-Jutland. Voor zij die niet vertrouwd zijn met het begrip hygge: Denen zouden het omschrijven als het creëren van een fijne sfeer, genietende van de goede dingen in het leven met fijne mensen om je heen. Viborg bracht me ongetwijfeld dit alles. Een ervaring waar ik onwijs dankbaar voor ben en soms confronterend mooi mezelf tegenkwam. Eens in Denemarken moest ik beslissen wat volgend academiejaar zou brengen, geen makkelijke keuze, maar … damn ja! Internationale stage en bachelorproef schrijven in Kaapstad. Het contrast tussen mijn keuzes kon achteraf gezien niet groter zijn. Daar waar alles veilig en meest vanzelfsprekend was in Denemarken, werd ingeruild door een onveiligheidsgevoel in Zuid-Afrika en aanpassen als nooit tevoren. De eerste weken in Kaapstad waren niet makkelijk; het was zoeken naar mijn plek in de grote Mothercity, invulling geven aan mijn momenten na stage en de zware verhalen een plaats weten geven. Boven dit alles heb ik er mijn hartje verloren. Best ironisch, want met dit op een kartonnen bordje stond mijn jongere zus me in juni in Zaventem terug op te wachten.
Multiculturele, verdeelde stad
De liefde voor Kaapstad is moeten groeien en dat is misschien wel het mooie en tedere eraan. Het is een uitdagende stad met tal van troeven, ongerepte natuur en vriendelijke mensen die je weten te charmeren met de Afrikaanse taal. Wederom was het vertrouwen winnen om die prachtige natuur in te trekken. Tijdens mijn eerste weken raakte een Duitse toerist vermist nadat hij laatst gezien was tijdens een hike nabij een hiking trail in Hout Bay. Alleen gaan hiken was dus niet meteen een optie die ik voor mogelijk nam én iets dat mijn Airbnb-host me ook absoluut afraadde. Over mijn Airbnb-host gesproken! Beeld je in, een zeventigjarige avontuurlijke dame met drie geadopteerde honden (Saba, Rosie & Luna) uit een township, één kat (Oscar) en met een onvoorwaardelijke liefde voor reizen en diverse culturen. Ideale match om mijn verblijf in Claremont te boeken. Ondanks dat ik me veilig voelde in mijn accommodatie, waren er heel wat voorzorgsmaatregelen genomen. Zo had ik maar liefst vier sleutels: elektrische poort, zijpoortje aan de tuin, tralies voor de deur om dan uiteindelijk de voordeur open te doen. Overdag een frisse neus halen in mijn wijk was oké en veilig, al voelde ik me meer op mijn gemak wanneer ik de honden meenam op wandeling. Al kon ik die natuurlijk niet meenemen tijdens de wandeling naar mijn stageplaats. Op een halfuurtje van mijn accommodatie, in Wynberg, was de organisatie Adonis Musati project gevestigd. Een sociaal werkorganisatie met als doelgroep vluchtelingen, migranten, nieuwkomers … in Zuid-Afrika.
“De liefde voor Kaapstad is moeten groeien en dat is misschien wel het mooie en tedere eraan.”
Ik ben ervan overtuigd dat ik me geen beter team van collega’s kon inbeelden. Elk met hun eigen expertise en diverse achtergrond: DR Congo, Malawi, Zimbabwe, USA … Mijn stagedagen begonnen om 8h en eindigden om 15h. Overwerken moest ik niet proberen, want om 15h02 zou er al een collega aan mijn bureau staan om me naar huis te sturen. De projecten, workshops en vormingen die ik mocht organiseren, waren meestal in het kader van gendergeweld, positief ouderen, gemeenschapswerk. Deze vonden plaats in de townships, of in het Nederlands bekend onder de term sloppenwijken. Wijken waar ik als blonde, witte vrouw niet alleen mocht komen, maar waar mijn sociaal werk collega’s me ongelooflijk fijn in begeleidden. De leefomstandigheden en -voorzieningen in de townships zien, was niet gemakkelijk. De huisbezoeken waren vaak emotioneel zwaar beladen. Voor de cliënten was het een grote erkenning om naar hun thuis te komen in plaats van ze telkens uit te nodigen op kantoor voor counseling bijvoorbeeld. Counseling kan gezien worden als een laagdrempelige vorm van (emotionele) hulpverlening.
“De eerste weken in Kaapstad waren niet makkelijk; het was zoeken naar mijn plek in de grote Mothercity.”
Zowel mijn collega’s als cliënten brachten me enorm veel bij, van criminele verhalen tot terug op het juiste pad geraken, als afstand en nabijheid bewaken binnen je job. Ook sprak ik nooit eerder zo veel over het verschil in huidskleur als tijdens mijn periode in Kaapstad. Post-apartheid is een thema dat nog steeds bijzonder actueel is en alom terug te vinden is in kunstgalerijen. First Thursdays zijn hier het ideale voorbeeld van. Elke eerste donderdag van de maand wordt de stad betoverd door gratis expo’s van bekende en minder bekende artiesten, gratis toegang tot musea, dj’s die draaien in historische gebouwen, workshops waaraan je kan deelnemen … Zalige festiviteiten als je het mij vraagt. Je leert verscholen plekjes in de stad én heel wat andere mensen kennen.
Reizen naar de Kaap
Buiten mijn stageverplichtingen werden mijn weekends en vrije dagen gevuld met weekendjes weg, hikes, uit gaan eten, musea bezoeken, uitgaan in verschillende clubs … In die mate dat zelfs Caroline, mijn Airbnb-host, me wist te vertellen dat ze in de meer dan 30 jaar dat ze Airbnb doet, nog nooit iemand zo actief de stad heeft weten verkennen. Wat ook tot verbazing van sommige collega’s leidde wanneer ik hen maandagochtend vertelde waar ik allemaal geweest was. Het hoogtepunt voor mij was op weekend gaan met twee meisjes uit Münster en eentje uit Den Bosch. Samen trokken we naar de eerste rooibosplantages in het Citrusdal, Clanwilliam. Een enorm afgelegen dorpje met haast één supermarkt en de beleving van Zuid-Afrikaanse landbouwwegen. We deden dat weekend prachtige, vroege ochtendbeklimmingen met waanzinnige uitzichten als resultaat van al ons klauteren waarbij een red cape rockjumper (zangvogel) ons vergezelde. Moest je de kans hebben om te reizen naar Kaapstad, Zuid-Afrika, ga! Probeer buiten het toeristische gedeelte van V&A Waterfront te gaan, geniet van een concert in Kirstenbosch Gardens, val niet in de tourist trap bij Boulders Beach, ga op trot met de Franschhoek wine tram, surf bij Kommetjie, beklim de Tafelberg, picknick bij zonsondergang op de Blouberg Beach, verschiet niet van de bavianen, hike naar The Bos 400 Shipwreck, smikkel van verse popcorn in Labia … En zo zou ik nog uren kunnen doorgaan. Kortom, ontdek van alles wat Kaapstad te bieden heeft, gelet op het feit dat je enorm je spullen in het oog moet houden en je eigen veiligheid je hoogste goed is. Eens terug thuis werd de omgekeerde cultuurshock realiteit; terug wennen aan mijn oude leven, fietsen in het donker, geen Uber meer nemen voor 200 meter, vertrouwen in je omgeving. Een intense overgangsfase waar mijn dichte vrienden en gezin er enorm voor me waren, big shout out!
Tot slot vroegen vele vrienden en familie bij thuiskomst wat nu het leukste was: Denemarken of Zuid-Afrika. Hier kan ik geen eenduidig antwoord op geven. Beide waren ongelooflijke avonturen waar ik nooit van had durven dromen dat ze zo zouden uitdraaien. Vergelijken of een keuze maken voelt fout aan voor me. Het leerde me om mezelf te zijn, te gaan voor waar mijn hartje sprongetjes bij maakt, te koesteren en te fladderen van hier naar daar.
De wanderlust is real, de dankbaarheid is groot.
Dit artikel verscheen in De Karavaan oktober 2023.