ook in het sporttoerisme worden grenzen verlegd.

Maar liefst 41.300 sportievelingen trokken onlangs naar Antwerpen om er deel te nemen aan de short run, de 10 miles of de marathon.

Langs het parcours stonden naar schatting nog eens 100.000 toeschouwers. 5 km, 15 km, halve en hele marathons, Spartacus Runs, … Lopen is de laatste jaren enorm populair geworden. Maar ook in andere sporttakken willen steeds meer mensen hun eigen grenzen verleggen, denk maar aan de steeds groter wordende massa liefhebbers die elk jaar de Ronde van Vlaanderen voor wielertoeristen rijdt. Maar ook de beklimming van de Mont Ventoux wordt bijvoorbeeld steeds populairder.

Meer en meer mensen gaan speciaal voor een sportactiviteit naar het buitenland en daar bestaat een naam voor: sporttoerisme.

Sporttoerisme

Sporttoerisme is een vorm van toerisme waarbij mensen enkel of vooral op reis gaan om te sporten. Klassieke voorbeelden daarvan zijn skireizen en duikvakanties. Ook naar het buitenland reizen om sportwedstrijden te gaan bekijken noemt men sporttoerisme. Tom Waes reisde naar Krabi in Thailand om daar deel te nemen aan een cliff dive competitie en naar Yosemite National park om de beroemde ‘El Capitan’ te beklimmen. In de Saharawoestijn betaalde hij zo’n 2600 euro om deel te nemen aan de ‘Marathon des Sables’, een zesdaagse ultraloopwedstrijd. Een leuk weetje: daar het aantal deelnemers voor zulke extreme sportwedstrijden vaak gelimiteerd is, valt hier op het eerste zicht niet zo heel veel geld aan te verdienen. Een Marokkaans reisbureau pakt het daarom slim aan. Het organiseert een ‘friends and family 3 night finish line package’ voor mensen die graag hun kennissen over de finish willen zien kruipen na 254 km zand bijten. Uiteraard bieden ze je de mogelijkheid om na afloop van de wedstrijd nog een paar weken langer te blijven en het land uitgebreid te bezoeken.

Brasil lala lala lala lala la…

Ook aan supporters wordt deftig geld verdiend. Een ticket voor het voetbal of het veldrijden is echt niet gratis. Mag het nog wat meer zijn? Een wedstrijd bekijken vanuit een loge in het stadion of een VIP-pakket voor de Ronde van Vlaanderen,? Geen probleem, je kunt het allemaal kopen, als je er maar voor wil betalen. Gepassioneerde supporters hebben veel (geld) over om hun idool of favoriete ploeg aan het werk te zien en daar willen ze gerust wel voor reizen. Busmaatschappijen legden vele tientallen bussen in om 9.000 Belgische supporters naar Glasgow te brengen waar ze de Rode Duivels naar de overwinning schreeuwden. Begin dit jaar reisde een Japanner helemaal alleen bijna 10.000 km om zijn favoriete voetbalclub, het Italiaanse Bologna, eindelijk eens aan het werk te zien. Lazio Roma diende Bologna zijn zwaarste nederlaag in een kwarteeuw toe, maar toch was het de reis helemaal waard, vertelde Syuji Fukada aan de journalisten. Een paar duizend Belgen legden graag vele euro’s neer om de Rode Duivels te gaan aanmoedigen tijdens het wereldkampioenschap in Brazilië.

Een mooi voorbeeld van de invloed die een sportmanifestatie op een stad kan hebben, is de Champions League finale van dit jaar. Doordat supporters van Atletico en Real Madrid zo massaal afzakten naar Lissabon, zaten zo goed als alle hotels vol die avond. De prijs van een hotelkamer was gemiddeld 1.100 % hoger dan op een andere avond in mei. In één 3-sterren hotel in hartje Lissabon werd de laatste kamer met ontbijt aan 6250 euro verkocht. De dag erna kon je er slapen aan 62 euro. Je zal maar niet op de hoogte geweest zijn van die ene voetbalwedstrijd en net die dag een slaapplaatsje zoeken in de stad.

Duurzaam?

Als er één ding duidelijk is, dan is het wel dat van duurzaamheid weinig sprake is in dit verhaal. Sporttoeristen reizen soms ver, maar vooral vaak voor een hele korte tijd naar een bestemming. Voor de sector lijkt duurzaamheid helemaal geen thema, er zijn dan ook amper goede voorbeelden van te vinden. Het is daarom te hopen dat sporters op zoek naar nieuwe uitdagingen zich meer en meer realiseren dat het misschien een beetje overdreven is om naar een ander continent te reizen om een toertje te gaan lopen. Of je je grenzen nu verlegt in Antwerpen of in New York, een marathon is altijd 42,195 km lang.

door Steven Di Cairano
dit artikel verscheen in De Karavaan van juli 2014 - thema: challenges ahead